Ontwikkelingen tussen Batavierenweg en Barbarossastraat
Een stuwwal, met uitzicht over een rivierlandschap, is altijd een plek waar mensen naar toe trekken. Onder anderen de Romeinen liepen hier al rond in Noviomagus. Op de plaats van het “hondenuitlaatveldje” naast het Estelgebouw zijn Romeinse grafmonumenten gevonden. En natuurlijk liepen hier ook de Bataven.
Op veel oude schilderijen met het stadsgezicht van Nijmegen en kaarten staat het gebied naar het oosten er vrij leeg op. Op een afbeelding van het beleg van Fort Knodsenburg (in Lent) in 1591 zien we rechtsboven de Ooy en net daaronder aan de rechterkant de stuwwal met een molen. Bron Gelders Archief.
In 1806 schilderde Derk Anthony van de Wart, in opdracht van de |Nijmeegse burgemeester, vanaf het Belvédère een Rondgezicht, een panorama van Nijmegen. Een aantal jaren geleden was dit werk te bezichtigen in het Belvédère en de Bastei. Hierop zie je echt de “lege” ruimte van Nijmegen-Oost.Links liggen de Ooypolder, het Meertje en de weg naar Ubbergen-Beek. In het midden op de stuwwal zien we delen van de verdedigingswerken, akkers en weilanden en rechts drie molens aan de weg richting Berg en Dal.
Na 1874.
Met het aannemen van de Vestingwet in 1874 mocht Nijmegen beginnen met de Uitleg, een uitbreiding van de stad buiten de oude stadsmuur. Het gebied rond de stadsmuur was eerst vrij schootsveld, ongeveer anderhalve kilometer waar niet gebouwd mocht worden. Nijmegen had, met haar overvolle stad, dringend behoefte aan ruimte.
Op deze site kunt u meer vinden over de Uitleg en de historie van onze wijk in het artikel “Hoe Nijmegen-Oost ontstond“.
Één van de uitbreidingen oostwaarts die daarbij al snel in beeld kwam was de Batavierenweg-Barbarossastraat. Op onderstaande kaartjes is die verandering over een aantal jaren aangegeven.
Er kwamen allerlei plannen, hieronder een kaartje met straatnamen uit 1897. Straatnamen werden nogal eens gewijzigd. Het oorspronkelijke raadsvoorstel uit 1895 was om de Batavierenweg Bergrand te noemen. Een jaar later werd besloten tot de naam Batavierenweg. Het stukje van het verlengde van de Spaarbankstraat is Reinaldstraat geworden.
De Batavierenweg liep helemaal rond vanaf de oude Terwindtstraat tot tegenover het huidige Pays-Bas. Onder het huidige Estelgebouw, schuin tegenover de Hugo de Grootstraat, liep de Beatrixstraat. Er werden mooie huizen gebouwd, vergelijkbaar met de oudere woningen aan de Barbarossastraat. Een mooie straat met het welbekende, formidabele uitzicht over de Ooypolder.
Er werden heel wat plannen gemaakt voor de uiteindelijke invulling van het gebied. De kaart met gerealiseerde woningen zag er in 1908 als volgt uit: De Batavierenweg wordt begrensd door links het Hunerpark en rechts het Vrouwendal. Bedenk hierbij dat de Waalbrug met opritten er toen nog niet was. De tramlijnen vanuit het centrum lopen over de Franckenstraat en de Nieuwe Ubbergsche Weg.
De bebouwing aan de Batavierenweg is bijna helemaal ingevuld. Op de hoek van de Sterreschansweg lag Villa Sterrehof (huisnummer 2). Tussen de Terwindtstraat, Batavierenweg en Reinaldstraat staat het grote Huize Belvoir (huisnummer 85, zie foto links), gebouwd in 1906 in opdracht van margarinefabrikant Anton Jurgens en in de volksmond bekend als ‘de botterfloot’. Aan de Beatrixstraat staat de Villa Hundisburch (vanaf 1932 Hotel Hundisburg). In 1938 werden de huisnummers ingrijpend gewijzigd o.a. in verband met de grote wijzigingen voor de aanleg van de Waalbrug. Huize Belvoir lag nu aan het Keizer Lodewijkplein nummer 1.
De Batavierenweg was een mooie straat met ruime villa’s (zie foto rechts) met een geschiedenis. Op 4 februari 1904 werd aan de Batavierenweg huisnummer 57 Wiardi Beckman geboren. Voor hem is in 2016 een herdenkingsbank geplaatst bij het Vrouwendal, helaas wat verstopt en wat ver van zijn geboorteplek. In één van die villa’s, op huisnummer 59, begonnen de zusters Ursulinen in 1925 een Gymnasium voor meisjes, het Mater Dei.
1940
De Tweede Wereldoorlog zou de situatie sterk veranderen. Aan het begin van de oorlog in mei 1940 lag het gebied er relatief rustig bij, de inval van de Duitsers was snel voorbij. De Waalbrug was door het Nederlandse leger opgeblazen en werd door de Duitsers in de komende jaren hersteld.
Huize Belvoir was voor de oorlog een kunstmuseum van de gemeente geworden en werd later tijdelijk (’40-’41) gemeentehuis in verband met verbouwing van het bestaande gemeentehuis in de stad. In de loop van de oorlog werd het door de Duitsers gevorderd. De komende jaren zou alles ingrijpend veranderen. Eerst nog beperkt met een naamsverandering. De Beatrixstraat werd in 1942 op last van de Duitsers gewijzigd in Hugo de Grootstraat. Namen die verwezen naar het Koningshuis waren verboden. De straatnaam had overigens niets met de prinses te maken, maar het was wel Beatrix.
Bij het bombardement van 22 februari 1944 bleef ons gedeelte nog gespaard, maar het centrum kreeg de volle laag. Ook het station werd geraakt evenals de woonwijk aan de andere kant van het spoor. De vliegtuigen kwamen uit oostelijke richting over ons gebied, het doel was het spoorwegemplacement. De bommen verwoestten de binnenstad. Er vielen ruim 800 doden.
Market Garden, 17 september 1944.
Na de landing in Normandië bereikten de geallieerden in september de Nederlandse grens. Om snel door te kunnen stoten naar Duitsland werd het plan Market Garden bedacht. Men kon zo de sterke Siegfriedlinie ontwijken en de Rijn oversteken. Het plan bestond uit twee delen: Een grote luchtlandingsoperatie (“Market”) waarbij parachutisten de bruggen moesten veroveren en het gebied van de Belgische grens bij Valkenswaard tot en met de Rijnbrug in Arnhem veiligstellen gecombineerd met een groot grondoffensief (“Garden”) over dit traject.
De 82nd Airborne Division onder brigadegeneraal Gavin moest de bruggen bij Grave en Nijmegen veroveren. Op 17 september rond 14:00 uur sprongen de eerste Amerikanen uit hun vliegtuigen bij Groesbeek. Na beveiliging van de landingsterreinen trok men direct van diverse kanten op naar de Waalbrug. Zondagavond kwam een groep tot de Museum Kamstraat. Op maandagmorgen werd het Mariaplein ingenomen en rond het middaguur hadden de Amerikanen een stelling aan de Graadt van Roggenstraat en de Reinaldstraat. De Duitse tegenstand werd heviger, vanuit Lent schoot een 88 mm. kanon op de stellingen.
De landingsterreinen die beschikbaar moesten blijven voor versterkingen vanuit Engeland werden inmiddels bedreigd door Duitse aanvallen vanuit het Reichswald. De Amerikanen rond de brug moesten zich daarom terugtrekken om te helpen die aanvallen af te slaan.
De Duitsers namen maandagmiddag weer hun intrek in Huize Belvoir. Ze besloten om de verdedigingslinie rond de brug te versterken door de huizen aan de Barbarossastraat, de Beatrixstraat en de Batavierenweg in brand te steken. De bewoners moesten hals over kop vluchten, een deel ging de Ooypolder in en een deel naar de stad. Later werden ook de Ten Hoetstraat, de Ten Hoetdwarsstraat en de Hugo de Grootstraat in brand gestoken. Een aanval vanuit deze richting op de brug werd daardoor een stuk moeilijker. Het gebied tussen Huize Belvoir en het Hunnerpark werd enorm versterkt door de Duitsers met o.a. een 88 mm. kanon op het Keizer Lodewijkplein.
Het grondoffensief had vertraging opgelopen. Op dinsdag 19 september kwamen de eerste tanks aan in de omgeving van Nijmegen. Die middag werd uit verschillende richtingen een grootscheepse aanval op de brug uitgevoerd. Tanks kwamen tot de Graadt van Roggenstraat en de Batavierenweg, maar een aantal werden buiten gevecht gesteld.
Die dag werd Huize Belvoir, een Duits steunpunt, in brand geschoten. De Duitsers hielden stand. Het in brand steken van huizen om de aanval te bemoeilijken bleef de volgende dagen Duitse praktijk en verspreidde zich steeds verder in Oost, maar ook in het centrum.
Inmiddels was de brug in Arnhem weer in Duitse handen en konden de Duitsers sneller versterkingen voor Nijmegen aanvoeren. Die versterkingen kwamen eerder via de pont bij Doornenburg-Pannerden. Rond het Duitse bruggenhoofd werd enorm gevochten, voor de geallieerden was er geen doorkomen aan.
Door uiteindelijk op 20 september via een oversteek van de Waal met canvasbootjes de noordelijke kant van zowel de spoorbrug als de verkeersbrug te veroveren kon de weestand worden gebroken en was de Waalbrug in het begin van de avond in geallieerde handen. Maar de doorstoot naar Arnhem stopte, de brug over de Rijn was immers stevig in Duitse handen. Nijmegen was bevrijd, maar werd de komende maanden frontstad.
Granatentijd.
Het front liep grofweg door de Betuwe boven Lent, langs de Waal tot Erlecom, door de Ooypolder naar de stuwwal en verder langs het Reichswald. De Betuwe en de Ooypolder werden in december door de Duitsers onder water gezet.
Frontstad betekende dat de Duitsers de stad regelmatig met granaten beschoten. In en rond de Batavierenweg stond geen huis meer overeind. Maar ook rondom werden regelmatig huizen door granaten getroffen, hierbij vielen ook nog vele slachtoffers, ongeveer net zoveel als ten gevolge van het bombardement in februari 1944.
Rond Nijmegen verzamelden zich in die periode bijna een half miljoen soldaten. Begin februari 1945 startte vanuit Nijmegen, via de weg naar Kleef en via Mook naar Goch, de grote aanval op Duitsland met de codenaam Veritable, gevolgd door de operatie Grenade.
De wederopbouw.
Na de oorlog lag het gebied er leeg bij, bergen puin. Nijmegen staat voor een enorme opgave om alle oorlogsschade weer te herstellen, in het centrum, maar ook in de rest van de stad. En men staat ook voor de vraag hoe men de stad nu ontwikkelen wil, vanuit het verleden of naar de toekomst. En wat doe je met de auto?? Hoe wrang het ook klinkt, verwoesting is ook een kans om met een schone lei te beginnen.
Diverse plannen voor de invulling van het gebied worden gemaakt zoals te zien op de linker afbeelding (maart 1947). Omdat er een groot gebrek aan woningen was, dacht men aan de bouw van hoge woongebouwen op de stuwwal.
Uiteindelijk valt de keuze op de bouw van vijf zogenaamde sterflats (weergegeven op de rechter afbeelding ) ontwikkeld als “premie-etagewoningen”, gebouwd door instanties met het oog op geldbelegging. De Beatrixstraat verdween ook in deze plannen.
Van de vijf geplande sterflats worden er uiteindelijk maar twee gebouwd in de jaren 1955 tot 1958.
De rest van het gebied blijft nog langere tijd leeg.
In de jaren ’70 wordt het kantoor van Estel gebouwd, het hoofdkantoor van een gefuseerde Europese staalgigant (Hoogovens en Hoechst wordt Estel: European Steel). Het ontwerp was gebaseerd op de groene sawahs van Indonesië. Met de bouw verdwijnt ook de doorgaande Batavierenweg, onder de uitbouw loopt nu een wandelpad, de verbinding tussen de beide delen van de Batavierenweg.
Het gebouw werd op 23 mei 1977 geopend. In 1982 werd de fusie ontbonden en vertrok Estel uit Nijmegen.
De provincie Gelderland gebruikte het pand daarna een aantal jaren als kantoor. Van 1990 tot 2014 was het gebouw de hoofdvestiging van ingenieurs- en architectenbureau Royal Haskoning. In 2003 kwam het gebouw op de gemeentelijke monumentenlijst. Na het vertrek van Haskoning wordt het kantoorgebouw omgetoverd in een appartementencomplex.
Op de plaats van de oude villa Belvoir wordt eind jaren ’70 het Belvoir Hotel gebouwd. Een combinatie van hotel met, op de bovenste verdiepingen en in de ring aan het Trajanusplein, koopappartementen. Bij het Regionaal Archief Nijmegen is nog een film te vinden over de bouw.
Na de sluiting van het hotel is recent het hotelgedeelte omgebouwd tot studio’s voor de verhuur.
Aan het eind van de Batavierenweg bouwde men begin jaren ’50 het horecabedrijf Pays Bas (2e foto van links). Het had een bewogen geschiedenis: restaurant, studentensociëteit, Chinees restaurant, Joegoslavisch restaurant, Golden Tencasino en op het laatst zendstation voor piratenzenders. In 1989 werd het afgebroken en werd het appartementencomplex Pays-Bas gebouwd.
Daarmee is het gebied dan ook wel zo’n beetje klaar met appartementencomplexen en veel groen en het heeft een fenomenaal uitzicht.
Wilt u meer weten over de geschiedenis van straten en straatnamen dan is Rob Essers straatnamenlijst, een onuitputtelijke bron. De oudere foto’s zijn te vinden op de site van het Regionaal Archief Nijmegen.
Op deze site kunt u nog meer informatie vinden. Over de oorlogstijd in het Vrijheidsmuseum in Groesbeek en het Infocentrum WO2 in de stad bij de Lindenberg.
Bovenstaand verhaal is gebaseerd op een grot aantal boeken en informatiGerard ter Hart.
Terug naar Straten en straatnamen.